Nieuw seksueel strafrecht een feit: parlement keurt hervorming goed
Het federaal parlement heeft donderdagavond het nieuwe seksueel strafrecht goedgekeurd. Daarbij is de gloednieuwe wetgeving in ons land, die de seksuele integriteit beter beschermt en daders strenger straft, een feit. Deze regering maakte immers van bij haar aantreden een absolute prioriteit van de strijd tegen seksueel geweld. Vice-eersteminister en minister van Justitie Vincent Van Quickenborne engageerde zich om het seksueel strafrecht, dat stamde uit de 19e eeuw, te hervormen. Het basisprincipe is een helder strafrecht, aangepast aan de hedendaagse fenomenen en normen, waarbij toestemming het centraal begrip is en er zwaarder gestraft wordt. België is nu bovendien het eerste land in Europa dat sekswerk decriminaliseert.
De hervorming van het seksueel strafrecht is een historische mijlpaal in de strijd tegen seksueel geweld, een topprioriteit voor deze regering. In ons land gebeuren naar schatting dagelijks 80 verkrachtingen. Als het al tot een vervolging komt, blijft het huidige strafwetboek uit 1867 als verouderde basis aanleiding geven tot heel wat onduidelijkheden, moeilijke bewijslast en te lage straffen. In sommige gevallen zorgt het zelfs voor straffeloosheid. Zo was er vorig jaar nog een vrijspraak voor een voyeur die onder rokken filmde, omdat de intieme zones van de slachtoffers niet ontbloot waren en er naar de letter van de wet geen strafbaar feit was gepleegd. Ons strafrecht had het ook nog over archaïsche begrippen als ‘aanranding van de eerbaarheid’, ‘zedenschennis’ en ‘bederf van jeugd’. Maar die termen zijn al lang niet meer van deze tijd en velen weten amper wat ze precies inhouden. Intussen zijn ook nieuwe fenomenen ontstaan waarmee onze samenleving te kampen krijgt, zoals spiking of stealthing. Het eerste is het toevoegen van weerloosmakende stoffen aan het drankje van het slachtoffer. Het tweede is het condoom uitdoen zonder toestemming van de persoon met wie men seksuele handelingen stelt.
Een maatschappij in volle verandering vergt een modern strafrecht. Een minderjarig koppeltje van 15 en 17 zou in principe recht moeten hebben op een normale seksuele ontwikkeling, maar onze strafwet liet dat niet toe. Er was nood aan een update van het begrip seksuele meerderjarigheid. Ook de manier waarop het strafwetboek sekswerk benaderde, voldoet niet meer aan onze hedendaagse normen.
Deze regering maakte van meet af aan werk van het nieuw seksueel strafrecht en legde een wetsontwerp voor aan het parlement. Na bespreking door de commissie Justitie, een eerste en tweede lezing, waarbij de wetgeving nog verder verbeterd werd, is deze nu goedgekeurd door het parlement. Het nieuwe seksueel strafrecht zal drie maanden na de publicatie in het Belgisch staatsblad in werking treden.
Hervorming seksueel strafrecht
Toestemming als basisprincipe van nieuwe definities seksuele misdrijven
Het nieuwe luik in het strafrecht stelt de definities van verschillende vormen van seksueel geweld helder en eenvoudig scherp. Toestemming wordt het centraal begrip. Er is sprake van een misdrijf wanneer de toestemming ontbreekt. Toestemming veronderstelt dat deze uit vrije wil is gegeven en wordt beoordeeld in het licht van de omstandigheden van de zaak. De toestemming kan niet worden afgeleid uit het feit dat het slachtoffer zich niet verweert. De toestemming kan worden ingetrokken op elk ogenblik voor of tijdens de seksuele handeling.
Er is geen toestemming als de dader gebruik maakt van de kwetsbare toestand van het slachtoffer waardoor de vrije wil is aangetast, bijvoorbeeld door toediening van een verkrachtingsdrug. Er wordt in de definitie zelf opgelijst wanneer er in geen geval sprake kan zijn van toestemming enerzijds op basis van een daad door de dader, anderzijds op basis van de toestand van het slachtoffer. Enerzijds dus bedreiging, fysiek of psychisch geweld, dwang, verrassing of list door de dader. Anderzijds slaap of bewusteloosheid bij het slachtoffer.
Het uitgangspunt is tevens dat een minderjarige jonger dan 16 jaar geen toestemming kan geven om seksuele handelingen te stellen, want dit is de seksuele meerderjarigheidsgrens. We voorzien een uitzondering zodat de seksuele ontwikkeling tussen leeftijdsgenoten niet strafbaar is. Tussen de leeftijd van 14 en 16 jaar kan je wél toestemmen met seksuele handelingen zolang het leeftijdsverschil met de andere persoon niet meer dan drie jaar bedraagt. We voorzien daarnaast ook een rechtvaardigingsgrond voor minderjarigen tussen de leeftijd van 14 en 18 jaar die beiden aangeven met wederzijdse toestemming onderlinge seksuele handelingen te verrichten, maar waarbij het leeftijdsverschil toch meer dan drie jaar is. Een minderjarige kan evenwel nooit uit vrije wil toestemmen met seksuele handelingen met bloedverwanten en alles wat daarmee gelijkgeschakeld wordt, met personen die gebruik maken van een erkende positie van vertrouwen, gezag of invloed ten aanzien van de minderjarige of wanneer sprake is van prostitutie.
In de vorige definitie van verkrachting speelde toestemming reeds een belangrijke rol: “Verkrachting is elke daad van seksuele penetratie van welke aard en met welk middel ook, gepleegd op een persoon die daar niet in toestemt.” De definitie van verkrachting wordt wel op andere vlakken aangepast in de nieuwe wetgeving. De penetratie hoeft niet langer volledig te zijn maar kan ook gedeeltelijk zijn. Daarnaast stellen we dat tijdens de daad ook de toestemming kan ingetrokken worden. Dit is bijvoorbeeld relevant in gevallen waarbij de seksuele partner tijdens de daad het condoom uitdoet en de weigering negeert, stealthing dus.
Voor heel wat andere misdrijven zoals de aanranding van de eerbaarheid bestond geen toestemmingspremisse. Geweld of dwang was in sommige gevallen een noodzakelijke voorwaarde. Wanneer de integriteit van een meerderjarige echter zonder toestemming werd aangetast en er geen sprake was van dwang of geweld, kon er niet vervolgd worden. Deze anomalie is weggewerkt in het nieuw seksueel strafrecht. Het ontbreken van toestemming is nu voldoende. De term is bovendien aangepast naar ‘aantasting van de seksuele integriteit’.
Ook bij voyeurisme is de definitie aangepast. Het is niet langer alleen van toepassing op mensen die ontbloot zijn. Ook wanneer personen buiten hun medeweten om geobserveerd worden en dat deel van het lichaam dat zichtbaar is, op grond van de seksuele integriteit en in alle redelijkheid, verhuld zou zijn gebleven. Hierbij verwijzen we naar recente rechtspraak van januari 2021 waarbij het filmen onder rokken van dames niet gekwalificeerd kon worden als voyeurisme, omdat de vrouwen een onderbroek aan hadden en dus strikt gezien niet ontbloot waren. Concreet wordt voyeurisme bestraft met 6 maanden tot 5 jaar cel naargelang de ernst van de feiten, al kan de maximumstraf met 5 jaar verhogen in het geval van een of meerdere verzwarende omstandigheden.
Ook incest of niet consensuele intrafamiliale seksuele handelingen zijn verzwarende omstandigheden geworden. Beide begrippen kregen een aparte definitie in het strafwetboek. Dit is een belangrijke stap om incest bij minderjarigen te erkennen als een strafbaar misdrijf en om ook uitdrukkelijk te erkennen dat er nooit seksuele handelingen door een partner of ex-partner of door leden binnen een familie zonder wederzijdse toestemming kunnen plaatsvinden. Hiermee kunnen we de daders die misbruik maken van dergelijke (ex)relaties zwaarder bestraffen.
Strengere straffen en verzwarende omstandigheden
Voor verkrachting wordt de straf opgetrokken, na toepassing van de correctionalisering, van 1 maand tot 5 jaar naar 6 maand tot 10 jaar. De maximumstraf voor verkrachting wordt dus verdubbeld.
De basisstraf wordt verhoogd indien er sprake is van een verzwarende omstandigheid. Ook deze worden opgetrokken. Een van de nieuwe verzwarende omstandigheden is het toedienen van weerloos makende stoffen, het zogenaamde spiking, waarbij de dader het slachtoffer heimelijk of onder dwang verdovende middelen of weerloos makende stoffen toedient met als doel het slachtoffer seksueel te misbruiken. Andere verzwarende omstandigheden zijn bedreiging, incest, seksueel geweld door een partner, discriminerende drijfveer, als de dader een persoon is die een gezagspositie heeft, in aanwezigheid van meerdere personen, indien het slachtoffer jonger is dan 18 jaar of in een kwetsbare toestand verkeert.
Alle verzwarende omstandigheden doen de maximumstraf verhogen met 5 jaar. Daarnaast kan een rechter nog steeds bijkomende straffen opleggen zoals een contactverbod of een ontzetting uit de burgerlijke rechten.
We zorgen ervoor dat de rechter bij het basismisdrijf verkrachting meer op maat kan straffen. Naast het opleggen van een gevangenisstraf, zal de rechter de mogelijkheid krijgen om een ander soort straf op te leggen zoals bijvoorbeeld een verplichte behandeling als probatiestraf om te werken aan een seksuele problematiek. We passen de probatiewet aan voor alle misdrijven zodat een rechter steeds kan beslissen om deze therapie op te leggen. Rechters konden vaak geen therapie meer opleggen, omdat iemand in het verleden (mogelijk voor een compleet ander soort misdrijf) reeds veroordeeld was. Dit terwijl een dader baat zou hebben bij het volgen van een behandeling voor zijn problematiek. Hiermee willen we de recidivegraad naar beneden halen.
Sekswerk
Op heden is er een gedoogbeleid voor sekswerk, maar geen legaal kader. Dit brengt veel problemen met zich mee aangezien iedereen die met sekswerkers samenwerkt, zoals een boekhouder of chauffeur, ook onderdeel wordt van strafbare praktijken. Zonder wettelijk kader kan een sekswerker bijvoorbeeld ook niet naar een bank stappen om een hypothecaire lening te verkrijgen. Tijdens de coronacrisis is eens te meer gebleken dat er een grote nood aan een wettelijk kader bestaat. Sekswerkers hadden geen erkenning, geen sociaal statuut en in sommige gevallen ook geen vangnet bij verminderd inkomen.
We geven sekswerkers nu eindelijk waar ze recht op hebben: erkenning en bescherming. Daarom decriminaliseren we stapsgewijs sekswerk voor meerderjarigen. Dit is een noodzakelijke voorwaarde om een sociaalrechtelijk kader voor hen te kunnen opstellen. Bij de eerste stap wordt sekswerk op legale basis louter voor zelfstandige sekswerkers mogelijk. In een volgende fase zal sekswerk door middel van het opleggen van regels rond veiligheid, hygiëne en arbeidsvoorwaarden aan een onderneming.
Reclame maken voor prostitutie van een meerderjarig persoon is enkel toegelaten wanneer men reclame maakt voor eigen seksuele diensten, zoals bijvoorbeeld een raam in een ruimte waar men vandaag reeds aan prostitutie doet. Ook zullen we toelaten dat reclame wordt gemaakt op internetplatformen of kranten en tijdschriften die specifiek voor dit doel bedoeld zijn. Denk aan de klassieke kleine advertentie in een krant.
Daarnaast treden we strenger op tegen misbruik van prostitutie. We bestraffen pooiers en het is ook absoluut verboden om iemand aan te zetten in de prostitutie te stappen. Er zal streng worden opgetreden tegen loverboys, sugardaddies en andere malafide praktijken.
De gespecialiseerde centra mensenhandel zullen slachtoffers van misbruik van prostitutie eerstelijnshulp aanbieden ook als er geen sprake is van mensenhandel. Tot op heden bleven deze slachtoffers in de kou staan.
Door de decriminalisering zorgen we er namelijk voor dat uitgebuite sekswerkers die niet het slachtoffer werden van mensenhandel ook recht hebben op hulp in gespecialiseerde centra.
Belangrijke stap in bredere aanpak
Donderdagavond is een mijlpaal bereikt in de geschiedenis van dit land. Straffeloosheid op vlak van seksueel geweld is aangepakt, daders worden strenger gestraft, verouderde begrippen zijn duidelijk heromschreven en niet meer voor interpretatie vatbaar. Nieuwe fenomenen kunnen we het hoofd bieden met een gepaste strafmaat. Sekswerkers zijn eindelijk uit de criminele sfeer gehaald en krijgen sociale rechten.
Het werk stopt hier niet. We gaan hierna verder met het nieuwe Strafwetboek. Daar zullen nog elementen in zitten die een impact zullen hebben op de strijd tegen intrafamiliaal en seksueel geweld. Zo zijn we aan het bekijken hoe we verder zullen omgaan met gedetineerden die op strafeinde komen en nog duidelijk een gevaar vormen voor de maatschappij. Daar moet de terbeschikkingstelling van de strafuitvoeringsrechtbank soelaas kunnen bieden in het geval van gedeeltelijke toerekeningsvatbaarheid. Dat wordt nog volop bestudeerd samen met de experten. Aangezien dit allemaal zaken zijn die ruimer toepasbaar zijn dan op het seksueel strafrecht, bekijken we dit in een volgende fase.
Bij seksueel geweld is er vaak een probleem van bewijsvoering. Daarom zetten we in op nieuwe technieken om het aantal veroordelingen te verhogen. Dat doen we bijvoorbeeld met het succesvol Code 37-project in Antwerpen waarbij via wetenschappelijk onderbouwd sporenonderzoek het aantal veroordelingen werd verdubbeld. Die aanpak breiden we uit naar het ganse land.
Maar ook slachtoffers van seksueel geweld moeten we beter opvangen. Deze kunnen nu terecht in een Zorgcentrum na Seksueel Geweld. Er zijn reeds 6 zorgcentra en we gaan naar 10 centra de komende jaren. Zo zal er in elke provincie een zorgcentrum zijn. Deze investering gebeurt door het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen.
Een snellere, menselijkere en straffere aanpak is één aspect. Aan de andere kant moeten er ook gesensibiliseerd worden. Zodat het voor iedereen duidelijk is dat toestemming een basisprincipe is. Iedere persoon heeft het recht om over zijn eigen seksualiteit te beslissen. Enkel bij toestemming kunnen er seksuele handelingen gebeuren. En iedereen moet mee de ogen open houden om misbruik te voorkomen en te melden.
Vincent Van Quickenborne, vice-eersteminister en minister van Justitie: “Het seksueel strafrecht was gebaseerd op een wetboek van 1867 en bijgevolg onvoldoende aangepast aan de hedendaagse normen. Daarom drong een modernisering zich meer dan op. Toestemming is voortaan het centraal principe en we zorgden voor zwaardere straffen. De maximumstraf voor verkrachting wordt verdubbeld. Dit is een belangrijke stap in de strijd tegen seksueel geweld en wapent justitie en politie veel beter om op te treden. En op vlak van sekswerk is dit een historische hervorming. Het zorgt ervoor dat sekswerkers niet meer gestigmatiseerd, uitgebuit en afhankelijk van anderen gemaakt worden. België is het eerste land in Europa dat sekswerk decriminaliseert. Het bevestigt de ethisch progressieve reputatie van onze natie.”
Perscontact:
Edward Landtsheere
Woordvoerder
+32 479 44 93 29