Zorgcentrum na Seksueel Geweld in Roeselare zes maanden operationeel
Het Zorgcentrum na Seksueel Geweld in West-Vlaanderen is sinds zes maanden operationeel en in die periode hebben zich er reeds 191 slachtoffers aangemeld. “Dit komt neer op bijna 1 slachtoffer per dag, onder wie 93% vrouwen en 36% minderjarigen. Het aantal aanmeldingen ligt veel hoger dan de verwachtingen en illustreert des te meer dat seksueel geweld een groot en onderbelicht maatschappelijk probleem is. Vrouwen en meisjes worden buitensporig vaak het slachtoffer van verkrachting en aanranding”, zegt vice-eersteminister en minister van Justitie Vincent Van Quickenborne. Bovendien blijft de overgrote meerderheid van deze feiten onder de radar en dus onbestraft. De verdere uitbouw van de Zorgcentra na Seksueel Geweld – er bestaan er inmiddels 7 – zorgt voor meer aangiftebereidheid en meer bewijslast, wat tot meer veroordelingen moet leiden.
Naar schatting gebeuren elke dag 100 verkrachtingen in ons land. Volgens onderzoek van de Universiteit van Gent in 2021 werd 10% van de bevraagde vrouwen het afgelopen jaar slachtoffer van seksueel geweld. Bij de mannen ging het om 6%. Dat seksueel geweld een van de grootste maatschappelijke problemen is, hoeft al lang geen betoog meer. De overgrote meerderheid van deze feiten blijft echter onder de radar. Veel slachtoffers zijn dusdanig getraumatiseerd, weten niet waar ze hulp moeten zoeken of durven geen aangifte doen uit vrees voor de dader.
Naar schatting doet slechts 10% van de slachtoffers aangifte. Dit resulteert jaarlijks in meer dan 8.000 door de politie geregistreerde feiten van seksueel geweld. Maar ook wanneer er een klacht is, blijft het aantal veroordelingen dat hieruit voortvloeit te laag. Vaak komt dit door gebrek aan sluitend bewijs. In veel gevallen is het immers ‘woord tegen woord’. Slechts bij 900 van die 8.000 aangiftes kwam het effectief tot een veroordeling.
Totaalaanpak dankzij Zorgcentra na Seksueel Geweld
Voor vice-eersteminister en minister van Justitie Vincent Van Quickenborne en staatssecretaris voor Gendergelijkheid Sarah Schlitz is de strijd tegen seksueel geweld een prioriteit. De aangiftebereidheid bij de slachtoffers moet stijgen, de bewijslast moet toenemen en het aantal veroordelingen moet fors omhoog. Bovenal moeten veel meer slachtoffers geholpen worden en de weg naar de hulpverlening vinden. Daarom engageerde de regering zich om de Zorgcentra na Seksueel Geweld (ZSG) op te richten. Deze centra gaan uit van een multidisciplinaire aanpak met medische hulp, psychologische begeleiding en indien het slachtoffer dit wenst ook sporenafname en/of politionele aangifte.
Inmiddels bestaan er 7 Zorgcentra na Seksueel Geweld: in Antwerpen, Brussel, Charleroi, Gent, Leuven, Luik en Roeselare. In 2023 openen nog centra in Limburg, Luxemburg en Namen. Op elk moment van de dag is er een team van artsen, forensisch verpleegkundigen, slachtofferhulp en psychologen aanwezig. Slachtoffers kunnen er 24 op 7 terecht en dat is belangrijk. De kans om sporen te vinden, zoals onder meer DNA-materiaal of resten van weerloosmakende stoffen, daalt immers sterk na 72 uur. Het is van groot belang dat slachtoffers zo snel mogelijk sporen laten afnemen, waarmee politie en parket aan de slag kunnen indien het slachtoffer beslist om klacht neer te leggen. Ook dat kan te allen tijde bij het Zorgcentrum na Seksueel Geweld.
ZSG West-Vlaanderen: 191 slachtoffers in 6 maanden tijd
Het Zorgcentrum na Seksueel Geweld van West-Vlaanderen werd op 8 maart van dit jaar geopend, in het centraal gelegen ziekenhuis AZ Delta in Roeselare. Volgens medisch coördinator Lieven Wostyn verwachtte men het komende jaar zo’n 220 aanmeldingen van slachtoffers, op basis van de cijfers van de andere zorgcentra. “Na zes maanden bedraagt het aantal geholpen slachtoffers echter al 191. De kans is dus groot dat het aantal aanmeldingen ver boven de 220 zal uitkomen”, zegt minister Van Quickenborne. In 70% van de gevallen ging het om verkrachting, in 30% om aanranding.
“Op basis van de voorlopige cijfers blijkt dat 177 van de 191 slachtoffers vrouwen zijn, ofwel 93%. Er meldden zich ook 13 mannen en 1 transvrouw aan bij het Zorgcentrum na Seksueel Geweld. In 148 van de gevallen was er acute hulp nodig. Uit de cijfers blijkt dat ook veel minderjarigen het slachtoffer worden van seksueel geweld. 68 slachtoffers waren minderjarig op het moment van de feiten, of zo’n 36%. Bij 95% van de slachtoffers zijn sporen afgenomen. In de overige 5% van de gevallen was er reeds te veel tijd verstreken sinds de feiten”, aldus de minister. De aangiftebereidheid bij de slachtoffers in het Zorgcentrum na Seksueel Geweld in West-Vlaanderen bedraagt ongeveer 70%, want 131 van de 191 slachtoffers besloten om meteen ook klacht neer te leggen bij de politie.
Steeds meer slachtoffers vinden de weg
De hoge cijfers geven allerminst reden tot euforie en bewijzen dat seksueel geweld nog steeds erg grote proporties aanneemt. “Achter die statistieken gaan vreselijke drama’s en trauma’s schuil. Bovendien zijn er ongetwijfeld nog heel wat slachtoffers die nog niet weten waar ze hulp kunnen vinden. De eerste cijfers van het Zorgcentrum na Seksueel Geweld in Roeselare zijn een hoopgevende indicatie dat meer slachtoffers de weg beginnen te vinden naar professionele hulpverlening”, besluit de minister. Ook het hoge percentage sporenafnames betekent een grotere kans op een sluitende bewijslast en meer veroordelingen. Sinds 1 juni is bovendien het nieuw seksueel strafrecht in werking, met zwaardere straffen voor verkrachting en aanranding.
Vincent Van Quickenborne, vice-eersteminister en minister van Justitie: “Elke dag worden in ons land naar schatting 100 vrouwen verkracht. Elke dag. Dat is verschrikkelijk. De cijfers van het Zorgcentrum na Seksueel Geweld in Roeselare bevestigen eens te meer dat seksueel geweld een enorm maatschappelijk probleem is. We zien gelukkig wel dat slachtoffers steeds meer de weg naar de hulpverlening vinden, vaker sporen laten afnemen en klacht indienen. Deze evolutie is hoopgevend, want het betekent meer bewijslast en een grotere pakkans, wat tot meer veroordelingen kan leiden. En wie sinds 1 juni feiten van seksueel geweld pleegt, valt onder het nieuwe en verstrengde seksueel strafrecht. Maar we mogen nu niet op onze lauweren rusten. Er is nog veel werk aan de winkel om slachtoffers beter te beschermen. Aan elk slachtoffer wil ik duidelijk zeggen: je staat er niet alleen voor. Ga naar een Zorgcentrum na Seksueel Geweld, waar men klaar staat om je te helpen. Politie en justitie nemen elke klacht serieus en doen er alles aan om de dader te vinden en te straffen.”
Sarah Schlitz, staatssecretaris voor Gendergelijkheid, Gelijke Kansen en Diversiteit: “Seksueel geweld vormt een enorm probleem in België. Naar schatting wordt 1 vrouw op 5 geconfronteerd met verkrachting. Dankzij de Zorgcentra kunnen we een optimale begeleiding geven aan de slachtoffers om aan hun herstel te werken en kunnen we de strijd aangaan tegen de straffeloosheid van de daders. In de toekomst wil ik de Zorgcentra beter laten kennen door het grote publiek en de eerstelijnszorgverleners De cijfers van het Zorgcentrum in Roeselare tonen aan dat slachtoffers hun weg vinden naar de Zorgcentra. De #MeToo-beweging heeft een enorme mentaliteitsverandering teweeggebracht. Slachtoffers durven nu hulp zoeken, het concept van toestemming is beter gekend en de demystificatie van het profiel van de dader hebben ertoe geleid dat allerlei soorten van seksuele agressie nu ernstig genomen wordt.”
Perscontact:
Edward Landtsheere
Woordvoerder
+32 479 44 93 29