Natuurlijk heeft de minister een persoonlijke mening over uitspraken van rechters. Maar in een democratische rechtsstaat zoals België hebben we een scheiding der machten. Dat betekent dat de wetgevende (het parlement), uitvoerende (de regering) en rechterlijke macht (de rechters) onafhankelijk van elkaar hun taken moeten kunnen uitvoeren. Als een minister commentaar op uitspraken van een rechter zou geven, bijvoorbeeld dat de uitgesproken straf te licht zou zijn, dan zet dit rechters onder druk om anders te oordelen. Dit gebeurt in ondemocratische landen, maar wordt niet aanvaard in democratieën.
Als politici het oneens zijn met uitspraken van rechters, kunnen ze wel de wetten proberen aan te passen waarop die rechters zich baseren. Zo was onze minister van Justitie bijvoorbeeld van oordeel dat straffen voor seksueel geweld in ons land te licht waren. Hij diende een wetsontwerp voor een nieuw seksueel strafrecht in dat werd goedgekeurd door het parlement. Sinds juni 2022 moeten rechters de strengere straffen uit dit nieuw seksueel strafrecht toepassen op misdrijven die sinds die datum zijn gebeurd.